Al jaren is de Belgische belastingdruk de hoogste ter wereld, De Belg betaalt zich blauw, aan belasting. Maar waar gaan die centen eigenlijk naar toe? Of anders gezegd: wat krijgen we er als burger voor terug?
In ieder geval gaan ze niet of onvoldoende naar de publieke voorzieningen.
In vergelijking met de ons omringende landen ligt de Belgische wegeninfrastructuur er belabberd bij. Hetzelfde geldt voor de lamentabele staat waarin de openbare gebouwen zich bevinden, zoals de postkantoren, de politiebureaus en onze schoolgebouwen.
Wie regelmatig naar de ons omringende landen gaat, krijgt de indruk dat bij in België de voorbije 40 jaar de tijd heeft stilgestaan?
Kinderen zitten vaak nog altijd in dezelfde energieverslindende schoolgebouwen als hun ouders toen die veertig jaar geleden naar school gingen. Enkele uitzonderingen daargelaten ademen nog teveel openbare gebouwen dezelfde muffe, klantonvriendelijke sfeer van de jaren vijftig uit, terwijl in onze buurlanden de moderniteit op al die terreinen wel is doorgedrongen. Waarom kan het daar wel, met zelfs minder belastingdruk?
Belgie is een van de weinige landen in Europa waar geen tol voor de wegen hoeft betaald te worden. Nederland ook niet, zou men denken. Helaas, dankzij het kwartje van Kok, ondertussen 20 eurocent per liter benzine geworden, wordt flink wat tol betaald voor elke weg in Nederland, ook voor de straat aan je voordeur. Lekker een verkapte en verzwegen vorm van tol dus. Nederland heeft de duurste brandstof prijs en daarom is het asfalt er dan ook superglad. Het gemekker over de slechte wegen beu? Wel, betaal er dan eens voor en ga niet zeuren als Belgie ooit tolwegen wil invoeren.